De kracht van samenwerking: vakgroep Biofruit
Dat samenwerken loont, weten we in de biosector. Wat begon als een groepje van een vijftal pitfruittelers is op 25 jaar uitgegroeid tot een vakgroep waar elke biopitfruitteler welkom is.
Oud-voorzitter Katleen de Coninck en huidig voorzitter Gaia Firth zijn trots op die samenwerking. Katleen en haar man Hugo waren voor hun pensioen medezaakvoerders van Reinroods Bio Fruit en doen momenteel notenteelt en hoogstamappel in bijberoep. Gaia Firth runt samen met haar man Lukas fruitbedrijf De Fruittuin.
Hoe groot is de groep vandaag?
Gaia: “Vandaag telt Vlaanderen zo’n 30 pitfruittelers. We schrijven iedereen aan voor bijeenkomsten, zelfs boeren die nooit reageren. Een twintigtal telers nemen actief deel, waaronder veel van die pioniersbedrijven, al dan niet overgenomen door de volgende generatie. We zijn ook een heel gemengde groep: sommige telers zijn groot en leveren aan de veiling, andere hebben een klein bedrijf, zoals wij. Toch voel ik me erg thuis in de groep. Er leeft een grote openheid, ook al zijn er soms discussies. Ik probeer me als voorzitter ook in te leven in de visie van de ander."
Gaia: We zijn ook een heel gemengde groep: sommige telers zijn groot en leveren aan de veiling, andere hebben een klein bedrijf, zoals wij. Toch voel ik me erg thuis in de groep. Er leeft een grote openheid, ook al zijn er soms discussies.
Waar houden jullie je als vakgroep mee bezig vandaag?
Gaia: “We komen een paar keer per jaar samen op een bedrijf of op een studiedag. Ik mik op één bijeenkomst in het voorjaar en één in de zomer. En om het jaar willen we een buitenlandse excursie organiseren.”
In tegenstelling tot andere sectorgroepen, vaak verenigd in Biobedrijfsnetwerken, werken jullie redelijk zelfstandig.
Katleen: “We zitten onder de vleugels van BioForum, maar hebben ons altijd zelf georganiseerd. Wij waren ook al een volwaardige groep voor BioForum bestond. Een van onze trekkers, Jos Swillen, was bestuurslid bij Belbior, een voorloper van BioForum.”
Gaia: “Nu de groep behoorlijk groot is, is er wel meer steun vanuit BioForum. Gelukkig, want het voorzitterschap komt bovenop mijn andere verantwoordelijkheden. Bij overlegmomenten met overheid of andere sectorbetrokkenen vraag ik ook altijd andere telers mee. Zo verdelen we de last en kan ik een beroep doen op hun jarenlange ervaring.”

Welke thema’s leven er vandaag in de biologische pitfruitteelt in Vlaanderen?
Gaia: “Voor bijeenkomsten zoek ik naar biogerelateerde onderwerpen die iedereen aanspreken. Onze vorige winterbijeenkomst ging over regeneratieve landbouw, daar was veel enthousiasme over. Maar de toekomst van gewasbescherming is momenteel de grootste uitdaging in bio.”
Kan je daar wat meer over vertellen?
Gaia: “Door het meerjarige karakter is biopitfruit telen te vergelijken met topsport. Fruitbomen blijven jaren staan, dus je moet al van bij de aanplant de juiste keuzes maken. Opnieuw beginnen kan niet. Welke rassen plant je, hoeveel afstand hou je tussen de bomen, hoe ga je bemesten, … Al die beslissingen moeten leiden tot een goed gebalanceerd ecosysteem, waarbij schurft zo weinig mogelijk kans krijgt. Als sluitstuk in dat hele proces gebruiken we o.a. koper om die schimmel te bestrijden.
Vorig jaar kregen we te horen dat het laatste toegelaten koperhoudend product zijn toelating verliest. De fabrikant heeft om onduidelijke redenen geen erkenningsdossier ingediend. Wellicht levert het niet genoeg op? Daardoor zit de hele sector met de handen in het haar, samen met de aardappeltelers die ook koper nodig hebben.”
Gaia: Door het meerjarige karakter is biopitfruit telen te vergelijken met topsport. Fruitbomen blijven jaren staan, dus je moet al van bij de aanplant de juiste keuzes maken. Opnieuw beginnen kan niet.
Zonder koper lukt het niet?
“Jonagold en Conference zijn heel schurftgevoelig, daar is koper echt nodig. Resistente rassen zijn een oplossing, maar die schurftgevoeligheid evolueert ook. De Conference was oorspronkelijk een robuust ras ter vervanging van de kwetsbare Doyennepeer. Vandaag is het net omgekeerd. Je kan je dus maar beperkt wapenen met preventieve maatregelen.”
Katleen: “ Monoculturen maken boomgaarden natuurlijk veel gevoeliger voor dit soort problemen. We beseffen dat kopergebruik gevoelig ligt bij consumenten, al is dat ook onwetendheid. De pitfruittelers hebben de afgelopen jaren echt al enorm veel inspanningen gedaan om alternatieven te vinden. Uit elk onderzoek en elk project blijkt dat die er niet onmiddellijk zijn.”
Gaia: “Wij spuiten ook niet zomaar. Wij volgen de schimmel nauwgezet op via de computer en beperken kopergebruik tot het absolute minimum. Ik zit in de korte keten en kan soms nog wel fruit verkopen dat door de schurft is aangetast. Ik kan dat uitleggen. Maar de retail wil alleen uiterlijk bijna perfecte appelen en peren. Dat is m.i. een deel van het probleem.”

Wat nu?
Gaia: “Momenteel hebben we een noodtoelating, maar die tijdelijke oplossing voelt ook niet lekker. We hebben als pitfruittelers soms het gevoel in een hoekje te worden geduwd: langs de ene kant schiet de regelgeving tekort, langs de andere kant heb je de hoge eisen van de retail. En daarbovenop komen de steeds extremere weersomstandigheden, waardoor je je teeltstrategie voortdurend moet aanpassen. Je voelt je als ondernemer heel kwetsbaar, zeker bij meerjarige teelten waar je geen kant mee uit kan.”
Katleen: “Het mooie is dat telers ook de moeilijkere momenten durven te bespreken in de vakgroep. Dat creëert verbondenheid. We mogen vooral de biogedachte niet vergeten. Onze bioboomgaarden isoleren van de natuurlijke omgeving en onder een glazen stolp willen telen, dat kan nooit de oplossing zijn.”
Gaia: “Biologische boomgaarden hebben een grote ecologische waarde. Als we ze zo blijven zien, dan kunnen we stappen vooruit zetten en de gewasbescherming op een laag niveau houden. Daarom organiseerden we in februari een studiedag over de toekomstgerichte biologische fruitteelt. Daar brachten experten en vooruitstrevende telers inspirerende verhalen over hoe we de boomgaard als een ecosysteem kunnen benaderen. Dat was een erg fijne bijeenkomst.”

